Tijdens de drie trainingsdagen in Assella wilden we ons graag richten op de praktische noden, en dus hadden we de, aan de training deelnemende, kerken gevraagd of ze mensen wisten in hun kerk die in nood waren. Alleen die vraag zelf was al goed denk ik, want tijdens de bezoeken zeiden de leiders al: wij wisten echt niet dat deze mensen in zulke nood waren. We hopen dat dit hen aanzet om nog meer hierbij stil te staan en ‘oren en ogen open te houden’ voor noden in hun gemeenten. Tijdens die dagen bezochten Gerdine en Blen, samen met een afgevaardigde van een lokale kerk, dus een aantal mensen in nood.
Allereerst ontmoetten we een alleenstaande vrouw met twee kleine jongens, die voornamelijk van bedelen rond komt. Het jongste jongetje hoestte flink en oogde ziek, en de kinderen hadden amper kleren aan, terwijl het toch behoorlijk koud was vooral in de avond/nacht. In samenspraak met haar kerk steunen we, dankzij de fondsen van Addis Alem Nederland, voor een half jaar met huishuur en een maandelijks bedrag voor wat extra fruit/groenten. De kerk gaat in tussentijd met haar zitten of ze de kinderen naar een kinderopvang kan brengen en zo zelf kan gaan werken.
Via een andere kerk kwamen we bij een meisje van net 20 met een dochtertje van 2 jaar. Ze werd als jong kind weggegeven aan huishoudens om te werken, ze was moslim. Op haar achttiende werd ze verkracht door één van de familieleden van zo’n werkhuis, en is ze gevlucht uit schaamte. Nu woont ze in een kamertje van 1,50 bij 2 meter! Ze verkoopt koffie en thee langs de weg om rond te komen en de huur van 8 euro per maand te betalen. We waren erg geshockeerd door haar verhaal, en we waren heel dankbaar te horen dat ze kort na de bevalling in contact kwam met protestantse christenen die haar hebben geholpen en dat ze nu ook een trouwe kerkganger is! Ook voor haar hebben we via de kerk voor een half jaar de huishuur betaald en een maandelijks bedragje voor wat extra voedsel of kleding. We hadden een koffer met tweedehands kleding mee en konden bij de verschillende bezoeken hiervan ook fijn uitdelen.
We hopen dat we de kerken hiermee ook hebben kunnen inspireren om open te staan voor de noden in, maar ook buiten hun gemeenten. Vaak voelen kerken zich ook machteloos en weten ze ook niet wat ze er aan moeten of kunnen doen. Tijdens de bezoeken hebben we ook met de kerkleiders gepraat over deze onderwerpen, en we zouden er graag meer over willen praten met kerken, dat zou een structurele oplossing kunnen zijn voor de grote armoede hier. Als de kerk gaat functioneren als het lichaam van Christus, voor elkaar zorgend en voor mensen daarbuiten, daarbij wijzend op Christus als Zaligmaker. Dat de kerk ook een sociaal vangnet wordt. Want wij alleen kunnen wel van alles doen, maar wij zijn niet voor altijd op deze aarde, maar de kerken zullen doorgaan, generatie op generatie. Daarbij is discipel schap ook heel belangrijk: het trainen en coachen van de nieuwe generatie.
Aan het eind van de vrijdagmiddag gingen Blen en Gerdine met de kinderen alvast naar de stad terug terwijl Pim en Zelalem de jongerendienst leidden. We gingen even naar de winkel, en daar stond een jongen, 12 jaar zo bleek later, al rillend en bibberend loten te verkopen aan de straat. Blen keek me aan en zei: hebben we niet nog een trui of vest mee voor deze jongen?
Wat een verheuging dat Blen hier zelf mee kwam. Dit is voor ons een mooi resultaat van het proces waarbij Gerdine met ons team samenwerkt en hen probeert te inspireren om de nood van de armen te gaan zien en te doen wat ze kunnen doen, waarbij ze verschillende dingen overwegen zoals termijn, hoeveelheid van hulp, zelfstandigheid niet weg nemen enzovoorts.
De jongen was graat mager, had dof bruin haar (wat een teken van ondervoeding is) en allemaal soort exceem op z’n gezicht en hals. Hij vertelde dat hij als kind al naar de stad was gekomen, zijn familie ver weg op het platteland woont, samen met z’n broer verkoopt hij loten in de stad om rond te komen. Ze dachten in de stad rijk te kunnen worden, maar dat werd één grote teleurstelling, zoals zoveel andere jongeren in de stad hetzelfde ervaren. We vroegen hem alsjeblieft naar een kerk te gaan, en ook er aan te denken om terug naar zijn ouders te keren en daar bijvoorbeeld op het land te werken. Blen kocht speciale zalf en wat vaseline voor zijn huid en gaf hem wat shirts en een trui die hij gelijk aandeed. En Jafeth en Japshra gaven, zij het na enige moeite, hun chocolade reep aan deze jongen.
We merken dat wanneer we openstaan voor noden, God ons ook mensen op onze weg plaatst die we (tijdelijk) kunnen helpen en vooral op Christus mogen wijzen!